“Je leert hoe je boeren helpt met slimme oplossingen voor echte problemen. Bijvoorbeeld het verbeteren van waterkwaliteit, bodemonderzoek doen of manieren bedenken om natuur en landbouw te combineren. Alles biologisch en duurzaam. Studenten leren onderzoeken, advies geven en vernieuwingen toepassen op het boerenbedrijf.
Bijvoorbeeld: een boer heeft slechte waterkwaliteit in zijn sloot. Jij onderzoekt wat daaraan te doen is. Je kijkt naar de natuur, naar de bodem, naar de planten, en uiteindelijk geef je advies dat echt werkt. We richten ons op boerenbedrijven, zowel veehouderij als akkerbouw.
Kortom: het is een brede opleiding, maar gericht op innovatie en slimme oplossingen voor de landbouw. Alles wat we doen is biologisch en duurzaam. Geen kunstmest of chemische oplossingen, maar slim boeren met de natuur mee.”
Hoe ziet een schoolweek eruit?
“In het eerste jaar loop je mee met veehouders en akkerbouwers, en volg je één dag per week stage bij een (bio)boer.
Het tweede en derde jaar staan in het teken van specialisatie in landbouwinnovatie en onderzoek. Je kiest bijvoorbeeld een minor zoals ‘Slim boeren met Bio’. Dan leer je alles over biologische oplossingen, zoals waterkwaliteit verbeteren met planten. Je stage loop je dan ook bij een onderzoeksbureau bijvoorbeeld Boer en natuur of Land van Ons.’’
Welke vakken krijg je tijdens de opleiding?
“Naast de gewone vakken zoals Nederlands, Engels en burgerschap krijg je vakken die echt bij deze opleiding horen:
- Veehouderij,
- Akkerbouw,
- Onderzoekskunde,
- Toegepaste landbouw.
We gaan ook veel de praktijk in. Je bezoekt boerenbedrijven, werkt in een laboratorium en gaat bijvoorbeeld naar de Boerderij van de Toekomst. Daar zie je hoe innovaties meteen worden toegepast.
Je leert onderzoeken hoe bodem, water en natuur samenhangen met het boerenbedrijf.’’
Wat moet je leuk vinden of goed kunnen?
“Nieuwsgierig zijn! Je moet het leuk vinden om vragen te stellen en dingen uit te zoeken. Het helpt als je interesse hebt in biologie en het boerenbedrijf. Veel studenten zeggen: eigenlijk had ik wel boer willen worden, maar dat kon niet. Voor hen is dit een geweldige kans. Je hoeft geen boer te zijn om toch midden in de landbouw mee te draaien en verschil te maken.”
Werk je in het lab, in een kantoor of buiten?
“Alle drie. Buiten verzamel je gegevens op het land. Binnen verwerk je die data en bespreek je de resultaten met de boer. Je combineert dus praktijk en theorie.”
Wat kun je later worden?
“Je kunt aan de slag bij onderzoeksbureaus, innovatiebedrijven, de overheid, of bij de Boerderij van de Toekomst. Ook zelfstandig als adviseur of ZZP’er kan. In de omgeving kun je bijvoorbeeld bij Boer en Natuur, Land van Ons of ecologiebureaus werken. Je helpt boeren om natuurinclusief te werken en hun bedrijf rendabel te houden.
Na deze opleiding kun je ook doorstuderen aan het hbo, bijvoorbeeld in akkerbouw, veeteelt of natuurinclusieve landbouw.”
Waarom deze opleiding belangrijk is
“Er zijn wel opleidingen in toegepaste biologie, maar die zijn meer op de stad en natuurorganisaties gericht. Deze opleiding is echt gericht op boerenbedrijven. Boeren staan voor grote veranderingen, zoals strengere regels en de vraag naar duurzame productie. Studenten van deze opleiding helpen hen om die uitdagingen op te lossen. Onze studenten worden de schakel tussen theorie en praktijk op het boerenbedrijf.”
Tip voor vmbo-leerlingen:
“Ben je nieuwsgierig naar boeren en innovatie? Loop eens een dagje mee bij een boer of bij Boer en Natuur. Kijk hoe ze werken met biodiversiteit of duurzame oplossingen. Als je echt verschil wilt maken en nieuwsgierig bent, dan is deze opleiding iets voor jou. Kom ook naar informatieavond of open dag, dan ontdek je het zelf!”